Homo homini virus (2)

door

in

Eerder gaf meneer Knoop een paar tips om zijn tableaus te lezen. Hier laat hij er een zien in actie. Als voorbeeld gebruikt hij weer de versie die voor Nederland is ingevuld. Maar nu laat hij ook aan de rechterkant het rijtje stuurgegevens voor het programma dat het plaatje maakt zien. Daar gaan we: eerst het rijtje parameters, dan Graph 1 vervolgens Graph 2 en, eindelijk, Graphs 3 & 4.

Fig. 1: the Netherlands

De parameters

Fig. 2 Parameters

Parameters zijn gegevens die de speelgoedwereld van het programma laat werken onder verschillende omstandigheden. Wie het gebruikt om onderzoek te doen, denkt Knoop, gebruikt ze om aannames (of stellingen, hypothese) te onderzoeken. De bovenste zes groene parameters gaan over zulke instellingen.

Eerst de jurisdictie (in casu: Nederland) die wordt gekozen uit de zes ingebouwde mogelijkheden.

Dan root-shft. Het is waarschijnlijk dat voordat de eerste doden als COVID-doden worden herkend en geregistreerd er al eerdere besmettingen en doden zijn geweest die niet zijn herkend. Dat houdt in dat voor de kwaliteit van het model van de COVID-doden D(0) een beginpunt kan worden gekozen dat voorafgaat aan de eerste als zodanig geregistreerde doden. Met root-shft kan de gebruiker kiezen, ten opzichte van week 0 die vast ligt op 29 december 2019. Voor Nederland heeft meneer Knoop het begin op week zes (de week na 31 januari) gesteld in plaats van week 9 waarin de eerste doden werden geregistreerd. Een en ander komt overeen met wat nu wordt aangenomen.

Dan xmax, het aantal weken waarvoor observaties beschikbaar zijn. Week 0 eindigt op 29 december, dan zijn er nog geen geregistreerde doden. Meneer Knoop haalt elke zaterdag trouw de nieuwe cijfers op en klopt ze in het piepkleine databankje dat bij het programma hoort. Op het moment van schrijven is hij bij week 29 (die eindigt op 17 juli).

Vervolgens r-zero of R0. Dat is het reproductiegetal dat wordt gevonden door het toe te passen in het standaardmodel. Hiermee experimenteert meneer Knoop net zolang, totdat hij een lijn vindt die aanvankelijk samenvalt met de waarnemingen en op een bepaald moment daarvan afstand neemt. De werkwijze is gebaseerd op de gedachte dat wanneer een jurisdictie wordt overvallen door een nieuwe pandemie er enige tijd overheen gaat voordat er effectieve maatregelen (kunnen) worden genomen.

Dan d-Gap en Incutime. Wanneer we de beschikking hebben over geregistreerde cijfers voor wie besmet zijn en wie zijn overleden kunnen we daar van alles uitt afleiden wanneer we een beeld hebben van hoe lang het duurt voordat iemand die besmet is ziek wordt en van hoe lang het ziekbed is van wie overlijden. Daarin zijn natuurlijk allerlei verschillen, maar zolang hij nog niet aan het bouwen van micro-modellen is toegekomen valt te werken met aannamen over gemiddelde duren. Meneer Knoop kiest voorlopig voor 1 week incubatietijd en een ziekteverloop van 3 weken dat ofwel eindigt in herstel ofwel in overlijden.

De drie grijze parameters zijn de knoppen waarmee het programma in werking wordt gesteld. En de vier groene, onderste waarden komen later aan de orde.

Graph 1: Calibreren voor fase 1

Pic. 3 Graph 1

Graph 1 laat een uitvergroting zien van de eerste fase die zich in Nederland afspeelt tussen de weken 6 en 14 meent meneer Knoop. We hebben dan een periode van 9 weken (!) waarin de werkelijkheid overeenstemt met het basismodel van algorithme 0, bij een R0-waarde van 2.65. Dan wijken de twee lijnen duidelijk uiteen. Wat opvalt is dat de drie lijnen in het begin alle drie de gevreesde curve omhoog laten zien, maar dat de D(0) lijn gedurende twee weken overgaat in een rechte lijn om na week 17 een neergaande tendens te laten zien. Dit is postzegelwerk dat meneer Knoop apart laat zien omdat de details verloren gaan bij het tonen van dezelfde informatie op een wijdsere schaal zien. Hierbij zij opgemerkt dat een aantal kengetallen in graph 1 is opgenomen omdat die aangeven om welke schalen het gaat. Voor het hele plaatje hebben we de ruimte nodig voor iets minder dan 52.000 gevallen en 29 weken.

Graph 2: een andere schaal – meer is anders

Fig. 4 Graph 2

Dat beeld wordt geleverd door graph 2. Daarin opgenomen de volledige trajecten van de geregistreerde (en dus waargenomen) gegevens van I en D(o), beide zwart. Daarnaast is te zien hoezeer D(m) de bocht omhoog blijft volgen. Onderweg naar week 18 verdwijnt hij buiten beeld (groter dan 52.000) en Knoop wees er al eerder op dat die lijn ter hoogte van week 23 zelfs boven het aantal komt van de totale Nederlandse bevolking.

De rode lijnen R(m) en S(m) zijn gebaseerd op de aanname dat de gemiddelde incubatietijd 1 week is en lengte van het gemiddelde ziekteverloop 3 weken bedraagt. Op basis van die waarden (en de aantallen waargenomen sterfgevallen) kunnen schattingen worden gemaakt van het aantal gevallen dat uitloopt op genezing en van weekcijfers van het aantal zieken. Deze lijnen zijn rood, omdat ze moeten worden getoetst aan de waargenomen feiten om te kunnen worden vertrouwd. Daarover later.

De interpretatie van de in de grafiek weergegeven lijnen lijkt bemoedigend wanneer we naar de curven en pijlen kijken die we erin kunnen herkennen. Maar misschien is hiervoor de omvang van de schaal weer te groot.

Graphs 3 & 4: dagkoersen (of liever gezegd: weekcijfers)

Fig. 4 Weekly numbers

Tenslotte kijkt meneer Knoop naar de grafen 3 en 4. Die betreffen de weekcijfers. Er zijn weken geweest waarin er zeven-en-een-half duizend nieuwe besmettingen bij kwamen — dat is meer dan duizend per dag. Voor de sterftecijfers ligt het maximum rond 1000 per week (of 140 per dag). De maxima vallen in week 15. Het maximum aantal zieken ijlt wat na (week 18).

Ook hier zijn de curves en pijlen weer duidelijk te herkennen, waarbij het erop lijkt dat rond week 28 een kantelpunt aan het optreden is dat een tweede golf zou aankondigen.

Of dat gaat optreden lijkt vooralsnog afhankelijk van de mate waarin de maatregelen worden geëerbiedigd. Een morbide kant van de kwestie is dat met name de weinig risico lopende adolescenten die (met reden) nog biologisch zijn uitgerust met voorkeuren voor het negeren van regels en het zoeken van durf-al risico’s, via massale bijeenkomsten als intermediaire dragers gaan optreden die de kwetsbare ouderen besmetten. In deze zin is het idee dat Knoop ergens las, het “Homo Homini Virus” idee niet al te ver gezocht.

Maar ook daarover later.