Angst voor COVID-19

Hij had geen zin om op te staan. De pandemie was eerst goed geëxplodeerd in noord-oost Frankrijk en Spanje. Europa had inmiddels China ingehaald. Welmoed voelde gisteren een ontsteking aan het oor. Qua chemo weerbaarheid via telefoonfotografisch consult naar het ziekenhuis. Dat was omgebouwd om COVIDklap te kunnen opvangen. Afzettingen, speciale geleiding van patiënten en dergelijke. Ze kent het ziekenhuis, maar toch. Verdwijnt alleen in de spoedeisende hulp. Intussen had hij wachtend in de auto de tijd om zijn zegeningen te tellen. Wat resulteerde in semi-rationeel gespeculeer over wat we zelf kunnen doen om het risico van besmetting te beperken. Kengetallen haalt hij van Worldometer. Per 18 maart 2020 waren in China 80.928 COVID-19 gevallen genoteerd waarvan 70.420 waren hersteld en 3.245 overleden. 2.274 patienten verkeren in kritieke toestand. In Nederland lag dat anders: 2.051 genoteerd, 2 hersteld, 58 overleden en 45 in kritieke toestand. Hij was ongelukkig met de combinatie van deze getallen met het grote niet-weten en, gelet op de epidemische golfbeweging, het moeten aannemen dat de zijnen en ook hijzelf vroeger of later zou worden getroffen. Kon hij iets aan dat niet-weten doen op een manier die hem een actievere rol gaf bij het afwenden of uitstellen van dat moment? Om niet moedeloos te worden?

Worldometer zegt ergens “The attack rate or transmissibility (how rapidly the disease spreads) of a virus is indicated by its reproductive number (Ro, pronounced R-nought or r-zero), which represents the average number of people to which a single infected person will transmit the virus. WHO estimated (on Jan. 23) Ro to be between 1.4 and 2.5.”

Het repronummer of het cijfer voor Ro is een indicatie, een gemiddelde. Dat zou zelfs onbevredigend zijn als het precies en betrouwbar was. Bijvoorbeeld wanneer het meer wetenschappelijk en meer definitief zou zijn vastgesteld op

Ro_{covid19}=2.

Dat gemiddelde ontbeert de suggestie dat een individuele bijdrage zou kunnen helpen. Het ontkent dat hij er toe doet.

De formule laat wel toe dat hij de stelling kan verdedigen dat er na ommekomst van de incubatietijd een verdubbeling van de besmettingen zal hebben plaatsgevonden en dat, als de incubatietijd 5 dagen is, na elke generatie het aantal besmette personen is vermeerderd met Ro_{covid19} maal het verschil tussen het vorige en het voor-vorige aantal. Om met verschillende incubatietijden en repronummers te experimenteren vertaalde hij dit recept naar NetLogo. Hij liet het door de zijn PC uitvoeren met verschillende parameterwaarden — hieronder een uitdraai van 18 generaties van incubatietijden van vijf dagen met een reprofactor van 2.

Figuur 1 (algorithm 0)

Die parameterwaarden leiden na 90 dagen, beginnend eind december en eindigend op 18 maart 2020 tot 262,132 virtuele in plaats van de 218.822 reëel geregistreerde besmettingen die worldometer aangeeft. Het resultaat vindt hij verbluffend. Het algorithme klopt in grote lijnen met wat er echt gebeurt. Maar geeft het ook aaanknopingspunten om de werkelijkheid om te buigen? Deze vraag unthult een doel dat waard is nader te onderzoeken. Dit is inspirerend. Zeker als de resultaten van meer kleinschalige algorithmen zouden helpen om Figuur 1 doelgericht om te buigen onder het herstel van rationele verhoudingen tussen recht, cultuur, markt en technologie.